Metabo KH 5-40 Operating Instructions - Page 20

Overzicht, Ingebruikname, Gebruik

Page 20 highlights

nl NEDERLANDS Zorg er bij werkzaamheden boven het vloerniveau voor dat de ruimte daaronder vrij is. Raak niet direct na het werk het inzetgereedschap of onderdelen in de buurt van het inzetgereedschap aan, omdat deze zeer heet kunnen zijn en kunnen leiden tot huidverbrandingen. Het netsnoer dient altijd achter de machine te worden weggeleid. Een beschadigde of gebarsten extra greep dient te worden vervangen. De machine niet gebruiken indien de extra handgreep defect is. Beveilig het werkstuk tegen verschuiven of draaien (bijv. door het vast te zetten met bankschroeven): De stofbelasting verminderen: Stofdeeltjes die tijdens het werken met deze machine ontstaan, kunnen stoffen bevatten die kanker, allergische reacties, aandoeningen aan de luchtwegen, aangeboren afwijkingen of andere voortplantingsproblemen kunnen veroorzaken. Enkele voorbeelden van dergelijke stoffen zijn: lood (in loodhoudende verf), mineraal stof (uit bakstenen, beton e.d.), additieven voor de behandeling van hout (chromaat, houtverduurzamingsmiddelen), enkele houtsoorten (zoals eiken- of beukenstof), metalen, asbest. Het risico is afhankelijk van het feit hoe lang de gebruiker of in de buurt aanwezige personen aan de stofbelasting worden blootgesteld. Deze stofdeeltjes mogen niet in het lichaam terechtkomen. Om de belasting met deze stoffen te verminderen: Zorg voor een goede ventilatie van de werkplek en draag geschikte beschermingsmiddelen, zoals bijv. stofmaskers die in staat zijn om de microscopisch kleine stofdeeltjes uit de lucht te filteren. Neem de voor uw materiaal, personeel, toepassingsgeval en locatie geldende richtlijnen in acht (bijv. arbeidsveiligheidsbepalingen, afvalbehandeling). Verzamel de ontstane stofdeeltjes op de plaats waar deze ontstaan, voorkom dat ze neerslaan in de omgeving. Gebruik voor speciale werkzaamheden geschikt toebehoor. Daardoor komen slechts weinig deeltjes ongecontroleerd in de omgeving terecht. Gebruik een geschikte stofafzuiging. Verminder de stofbelasting door: - de vrijkomende stofdeeltjes en de af te voeren luchtstroom van de machine niet op de gebruiker zelf of in de buurt aanwezige personen of op neergeslagen stof te richten, - een afzuiginstallatie en/of een luchtfilter te plaatsen, - de werkplek goed te ventileren en door te stofzuigen schoon te houden. Vegen of blazen wervelt het stof op. - Zuig of was de beschermende kleding. Niet uitblazen, uitslaan of uitborstelen. 5. Overzicht Zie pagina 2. 20 1 Extra handgreep 2 Vleugelschroef (om de boordiepteaanslag in te stellen) * 3 Boordiepteaanslag * 4 Stofkap 5 Gereedschapvergrendeling 6 Schakelknop 7 Drukschakelaar 8 Handgreep * afhankelijk van de uitvoering 6. Ingebruikname Controleer voordat de machine in gebruik wordt genomen, of de op het typeplaatje aangegeven spanning met de netspanning overeenkomt. Schakel altijd een aardlekschakelaar (RCD) met een max. aanspreekstroom van 30 mA voor de machine. Avallnee1n,5vmermle2nggkeabbrueilksemn.eVt eerelennmgkinaimbealsleddieonoersnnveodoer het op te nemen vermogen van de machine geschikt te zijn (zie de technische gegevens). Bij gebruik van een kabelrol de kabel altijd volledig afrollen. 6.1 Montage van de extra handgreep Om veiligheidsredenen altijd de meegeleverde extra handgreep (1) gebruiken. Klemring openen door de extra handgreep (1) naar links te draaien. De extra handgreep kan in de gewenste hoek worden aangebracht. De extra handgreep krachtig vastdraaien. 7. Gebruik 7.1 Instellen van de boordiepteaanslag Vleugelschroef (2) losdraaien. Boordiepteaanslag (3) instellen op de gewenste boordiepte. Vleugelschroef (2) weer vastdraaien. 7.2 Gereedschap plaatsen, uitnemen Gereedschap-insteekeinde voor het inzetten reinigen en met het bijgevoegde speciale vet invetten (toebehoren: best.-nr. 6.31800)! Alleen SDS-max gereedschappen gebruiken! De stofkap (4) verhindert het binnendringen van boorstof tijdens het gebruik. Tijdens het gebruik van het gereedschap erop letten, dat de stofkap (4) niet beschadigd is. Gereedschap plaatsen: Bij het plaatsen van het gereedschap dient u de gereedschapsvergrendeling (5) in de voorste positie te houden. Gereedschap draaien en insteken tot het vast klikt. Het gereedschap wordt vergrendeld. Controleer of het gereedschap goed is bevestigd door er aan te trekken. (Het gereedschap dient een paar centimeter in axiale richting bewogen te kunnen worden.)

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • 11
  • 12
  • 13
  • 14
  • 15
  • 16
  • 17
  • 18
  • 19
  • 20
  • 21
  • 22
  • 23
  • 24
  • 25
  • 26
  • 27
  • 28
  • 29
  • 30
  • 31
  • 32
  • 33
  • 34
  • 35
  • 36
  • 37
  • 38
  • 39
  • 40
  • 41
  • 42
  • 43
  • 44
  • 45
  • 46
  • 47
  • 48
  • 49
  • 50
  • 51
  • 52
  • 53
  • 54
  • 55
  • 56
  • 57
  • 58
  • 59
  • 60
  • 61
  • 62
  • 63
  • 64
  • 65
  • 66
  • 67
  • 68
  • 69
  • 70
  • 71
  • 72
  • 73
  • 74
  • 75
  • 76

NEDERLANDS
nl
20
Zorg er bij werkzaamheden boven het vloerniveau
voor dat de ruimte daaronder vrij is.
Raak niet direct na het werk het inzetgereedschap
of onderdelen in de buurt van het inzetgereedschap
aan, omdat deze zeer heet kunnen zijn en kunnen
leiden tot huidverbrandingen.
Het netsnoer dient altijd achter de machine te
worden weggeleid.
Een beschadigde of gebarsten extra greep dient te
worden vervangen. De machine niet gebruiken
indien de extra handgreep defect is.
Beveilig het werkstuk tegen verschuiven of draaien
(bijv. door het vast te zetten met bankschroeven):
De stofbelasting verminderen:
Stofdeeltjes die tijdens het werken met deze
machine ontstaan, kunnen stoffen bevatten
die kanker, allergische reacties, aandoeningen aan
de luchtwegen, aangeboren afwijkingen of andere
voortplantingsproblemen kunnen veroorzaken.
Enkele voorbeelden van dergelijke stoffen zijn: lood
(in loodhoudende verf), mineraal stof (uit
bakstenen, beton e.d.), additieven voor de
behandeling van hout (chromaat,
houtverduurzamingsmiddelen), enkele houtsoorten
(zoals eiken- of beukenstof), metalen, asbest.
Het risico is afhankelijk van het feit hoe lang de
gebruiker of in de buurt aanwezige personen aan de
stofbelasting worden blootgesteld.
Deze stofdeeltjes mogen niet in het lichaam
terechtkomen.
Om de belasting met deze stoffen te verminderen:
Zorg voor een goede ventilatie van de werkplek en
draag geschikte beschermingsmiddelen, zoals bijv.
stofmaskers die in staat zijn om de microscopisch
kleine stofdeeltjes uit de lucht te filteren.
Neem de voor uw materiaal, personeel,
toepassingsgeval en locatie geldende richtlijnen in
acht (bijv. arbeidsveiligheidsbepalingen,
afvalbehandeling).
Verzamel de ontstane stofdeeltjes op de plaats
waar deze ontstaan, voorkom dat ze neerslaan in
de omgeving.
Gebruik voor speciale werkzaamheden geschikt
toebehoor. Daardoor komen slechts weinig deeltjes
ongecontroleerd in de omgeving terecht.
Gebruik een geschikte stofafzuiging.
Verminder de stofbelasting door:
-
de vrijkomende stofdeeltjes en de af te voeren
luchtstroom van de machine niet op de gebruiker
zelf of in de buurt aanwezige personen of op
neergeslagen stof te richten,
-
een afzuiginstallatie en/of een luchtfilter te
plaatsen,
-
de werkplek goed te ventileren en door te
stofzuigen schoon te houden. Vegen of blazen
wervelt het stof op.
-
Zuig of was de beschermende kleding. Niet
uitblazen, uitslaan of uitborstelen.
Zie pagina 2.
1
Extra handgreep
2
Vleugelschroef (om de boordiepteaanslag in te
stellen) *
3
Boordiepteaanslag *
4
Stofkap
5
Gereedschapvergrendeling
6
Schakelknop
7
Drukschakelaar
8
Handgreep
* afhankelijk van de uitvoering
Controleer voordat de machine in gebruik
wordt genomen, of de op het typeplaatje
aangegeven spanning met de netspanning
overeenkomt.
Schakel altijd een aardlekschakelaar (RCD)
met een max. aanspreekstroom van 30 mA
voor de machine.
Alleen verlengkabels met een minimale doorsnede
van 1,5 mm
2
gebruiken. Verlengkabels dienen voor
het op te nemen vermogen van de machine
geschikt te zijn (zie de technische gegevens). Bij
gebruik van een kabelrol de kabel altijd volledig
afrollen.
6.1
Montage van de extra handgreep
Om veiligheidsredenen altijd de
meegeleverde extra handgreep (1) gebruiken.
Klemring openen door de extra handgreep (1) naar
links te draaien. De extra handgreep kan in de
gewenste hoek worden aangebracht. De extra
handgreep krachtig vastdraaien.
7.1
Instellen van de boordiepteaanslag
Vleugelschroef (2) losdraaien. Boordiepteaanslag
(3) instellen op de gewenste boordiepte.
Vleugelschroef (2) weer vastdraaien.
7.2
Gereedschap plaatsen, uitnemen
Gereedschap-insteekeinde voor het inzetten
reinigen en met het bijgevoegde speciale vet
invetten (toebehoren: best.-nr. 6.31800)! Alleen
SDS-max gereedschappen gebruiken!
De stofkap (4) verhindert het binnendringen
van boorstof tijdens het gebruik. Tijdens het
gebruik van het gereedschap erop letten, dat de
stofkap (4) niet beschadigd is.
Gereedschap plaatsen:
Bij het plaatsen van het gereedschap dient u de
gereedschapsvergrendeling (5) in de voorste
positie te houden. Gereedschap draaien en
insteken tot het vast klikt. Het gereedschap wordt
vergrendeld.
Controleer of het gereedschap goed is
bevestigd door er aan te trekken. (Het
gereedschap dient een paar centimeter in axiale
richting bewogen te kunnen worden.)
5.
Overzicht
6.
Ingebruikname
7.
Gebruik